De minister heeft haar oordeel gebaseerd op advies van de politie, RAI Vereniging, Anwb, Bovag, RDW en Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit. Daaruit blijkt volgens Schultz dat de kunststof kentekenplaat en de diefstalbestendige plaat (die uit elkaar valt bij diefstal) niet geschikt zijn voor de Nederlandse markt. “Deze kentekenplaten zijn eenvoudig na te maken, omdat de tekens niet in reliëf worden geperst in de plaat, maar erop worden geprint. Toelaten van dergelijke kentekenplaten zou zeer waarschijnlijk inhouden dat het aantal vervalste kentekenplaten toeneemt in Nederland. Ook kan de folie op termijn loslaten met gevolg dat de plaat niet meer te detecteren valt voor ANPR (flits)-camera's. Dat is vanzelfsprekend zeer ongewenst”, aldus de minister. Bovendien zou een plastic kentekenplaat bij brand smelten wat voor de politie een snelle identificatie bemoeilijkt. De diefstalbestendige kentekenplaten hebben volgens de minister geringe toegevoegde waarde ten opzichte van de reguliere kentekenplaten. Voorkomen van verlies en diefstal van kentekenplaten kan het beste worden opgelost door te zorgen voor een deugdelijke bevestiging van de platen op het voertuig. De branche heeft hiervoor een plan ontwikkeld en in werking gezet. Zo zal RAI Vereniging bij importeurs het gebruik van goede houders bevorderen, de Bovag adviseert zijn leden dit onderdeel te maken van het afleverpakket en de Anwb gaat zijn leden hierover voorlichten. Besluitvorming over deze kentekenplaten speelt al sinds 2009. Een producent van kunststof diefstalbestendige kentekenplaten had een klacht bij de Europese Commissie ingediend over Nederland, omdat zij van mening is dat Nederland onterecht aluminium platen voorschrijft en daarmee in strijd met het Vrij Verkeer van Goederen handelt. De Commissie heeft de klacht ongegrond verklaard. Nederland mag zelf bepalen welke materialen ze voorschrijft voor kentekenplaten.
|